Plaatsen > Anatolië
De Centraal Anatolische hoogvlakte, doorsneden met ravijnen en gedomineerd door vulkanische toppen, vormt het hart van Turkije.
Anatolië (Turks: Anadolu, Grieks: Anatole, ανατολη) en Klein-Azië zijn namen voor het zeer grote schiereiland in het uiterste westen van Azië, dat vandaag de dag het Aziatische deel van het land Turkije beslaat. Het grenst in het westen aan Europa, in het noorden aan de Zwarte Zee, in het oosten aan Georgië, Armenië en Iran, in het zuidoosten aan Irak en Syrië, en in het zuiden aan de Middellandse Zee. Het eiland Cyprus ligt ten zuiden ervan. De oppervlakte van Anatolië bedraagt ongeveer 756.000 vierkante kilometer.
De naam Anatolië komt van het Griekse woord voor rijzende zon oftewel oosten. De Romeinen noemden het gebied Asia Minor, waarmee onderscheid gemaakt werd met (de rest van) het grote Azië. Onder beide namen is het gebied al millennia bekend. Het kent hoge gebergten en een landklimaat, maar aan de kusten is er ook laagland, waar een mediterraan klimaat heerst.
De kale reliëfrijke steppen die bedekt zijn met graanvelden en omzoomd door populierenbossen, hebben zich tot een landschap ontwikkeld dat wordt gekenmerkt door een overweldigende leegte. Dit plateau was ooit de wieg van de menselijke beschaving. In Catalhöyük zijn overblijfselen van nederzettingen blootgelegd die teruggaan naar 8.000 vóór Christus.
In de 11e eeuw namen de nomadische Turken uit oostelijk Azië het plateau in. Gedurende de turbulente geschiedenis was Centraal Anatolië steeds het toneel van invasies door grote veroveraars, zoals Alexander de Grote en Tamerlane.
Gedurende de 10.000 jaar van menselijke aanwezigheid, hebben de bewoners van het gebied middels kunstuitingen een indrukwekkende stempel gedrukt op het landschap. De voorbeelden zijn divers en lopen uiteen van krachtige muurschilderingen in Catalhöyük en strakke lijnen van de Seltsjoek-architectuur, tot meer recentelijk, de moderne vorm van het mausoleum van Atatürk.
Op het schiereiland komen regelmatig aardbevingen voor. Dwars door Anatolië loopt een breukensysteem in de richting zuidwest-noordoost. Het systeem vormt de begrenzing van de Arabische plaat in het oosten en de Anatolische/Turkse plaat in het westen. Door de noordwaartse beweging van de Arabische plaat treden er in dit breukgebied vooral horizontale verschuivingen op in de aardkorst, waardoor spanningen worden opgebouwd die zich ontladen in de vorm van aardbevingen.
Voor verschillende volkeren en culturen is of was het schiereiland zeer belangrijk, zoals de Hittieten, die er rond 2000 v.Chr. een groot rijk stichtten, de Grieken (veel van de Griekse filosofen woonden in Anatolië), Romeinen, Byzantijnen, Seltsjoeken, Osmanen, Koerden, Armenen en . Door al deze volkeren kent Anatolië een grote verscheidenheid aan culturele invloeden.